Kalma Safi vluchtte met haar ouders voor de oorlog in Afghanistan. Kalma is doof en kan alleen communiceren in Nederlandse Gebarentaal. Nu wil de Nederlandse regering Kalma terugsturen. In Nederland kan Kalma veilig naar een goede dovenschool, maar niet in Afghanistan. Kalma moet blijven! Teken ook!
Link naar onderstaand verhaal in Nederlandse Gebarentaal.
Beste mensen,
Graag zouden wij u meenemen in een verhaal dat ons zorgen baart.
Stelt u zich eens voor dat u vijf jaar geleden uw vaderland ontvlucht bent met uw partner, twee zonen en een dochtertje van één jaar oud. U heeft destijds asiel aangevraagd in Nederland. Inmiddels is uw dochter zes jaar en doof gebleken. Op een Nederlandse dovenschool heeft zij sinds drie jaar de Nederlandse Gebarentaal kunnen leren, dit doet haar goed. Maar nu krijgt u bericht van definitieve afwijzing. De Nederlandse regering zegt dat uw land van herkomst veilig is. Uw gezin moet terug!
Welk land? Afghanistan. Veilig? Voor Kalma, het zesjarige meisje in kwestie is Afghanistan niet veilig. Omdat ze een meisje is, omdat ze zes is, maar vooral omdat ze doof is. Kalma kent geen Afghaans, alleen Nederlandse Gebarentaal. In Afghanistan ziet het er slecht voor haar uit. Het land is lang zo veilig niet als de Nederlandse regering wil doen geloven. Als je niets hoort en geen toegang tot de lokale taal hebt, dan is gevaarherkenning bijna onmogelijk. Je bent dan afhankelijk van wat andere mensen doen. Wanneer er paniek uitbreekt houdt men helaas geen rekening met onbekende dove buurkinderen. Kalma zal zichzelf veilig moeten stellen. Kunnen we dat vragen van een zesjarige? Kalma is afhankelijk van wat ze ziet. Maar welke vreselijke taferelen zullen zich de komende jaren op haar netvlies branden, zonder dat ze daar met iemand over praten kan?
De grootste angst van elke ouder is dat je kind iets overkomt. In Nederland waar geen oorlog is hebben ouders daar al last van. En wij, ouders van dove en slechthorende kinderen, des te meer, het risico is gewoon groter. Laat staan in een land van oorlog, als ouders van een doof kind dat alleen de NEDERLANDSE GEBARENTAAL kent.
Wij hebben Kalma leren kennen vanaf het moment dat ze naar de Guyotschool in Haren ging, een school voor dove en slechthorende kinderen. We zagen een verlegen maar nieuwsgierig, driejarig meisje. Sindsdien hebben we haar zien opbloeien. Nu kan ze zich eindelijk redden tussen andere kinderen.
We zijn dankbaar dat de Nederlandse overheid het voor dove kinderen mogelijk maakt om op te bloeien middels Gebarentaal. Ook voor kinderen zoals Kalma, die onverhoopt hier terecht zijn gekomen. Maar nu zegt diezelfde regering: ‘Sorry Kalma, leuk dat je nu de Nederlandse gebarentaal kent maar je mag niet blijven. Ga maar naar Afghanistan terug, het land dat jij en je broertjes helemaal niet kennen. Een land waar het niet veilig is. Hoe je communiceren moet is niet ons probleem!’
Nu nog een zorgeloos meisje, zoals het hoort. Maar straks verandert zij, nog sneller dan haar broers, in een angstig vogeltje omdat ze gevaar niet hoort aankomen en slechts met haar eigen gezinsleden een klein beetje kan communiceren. Hier heeft Kalma kans op een goed en veilig leven. Ze kan goed onderwijs krijgen en opgroeien met vriendjes en vriendinnetjes die haar taal ‘spreken’ namelijk de Nederlandse Gebarentaal! Ze kan tot volle bloei komen, een stabiele persoonlijkheid worden. Hier heeft ze kans op een volwaardig, succesvol bestaan waarin ze haar steentje bijdraagt aan een samenleving. Ieder kind verdient deze kans. In Afghanistan is Kalma kansloos. Waarom zouden we haar en haar gezin geen plekje gunnen in ons land?! Kalma heeft een cruciaal deel van haar taalontwikkeling hier doorgemaakt. Gelet op die ontwikkeling kunnen we nu niet meer zeggen: ‘Zoek het maar uit meisje!’
Teken alstublieft de petitie en help ons Kalma een kans te geven.
De FODOK heeft in een brief aan de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid deze met klem verzocht om Kalma en haar familie een verblijfsvergunning te verlenen, omdat Kalma ernstig in haar ontwikkeling bedreigd wordt als zij wordt uitgezet.